De titelpagina (2)


De titelpagina is getekend door rechtenstudent R.O. Nauta. We zien afgebeeld een cirkel met kroon met aan weerszijden een vlag. In de linker vlag de Latijnse woorden ‘Salus Botniae’ (Heil Botnia) en rechts ‘Vivat Mulder’ (Leve Mulder). In de cirkel zien we afbeeldingen van voorwerpen die gebruikt werden bij het kolf- en biljartspel. Een kolfstok, biljartkeu, kolf- en biljartballen en de piketpalen van de kolfbaan. Het geheel geflankeerd door een wijnglas en karaf. In de rand van de cirkel staat in het Nederlands ‘de wereld is een speeltoneel, elk speelt zijn rol, en krijgt zijn deel’ R.O.N. Anno 1783.

Deze zinspreuk is ‘geleend’ van Vondel en werd geplaatst boven de toegang van de nieuwe schouwburg in Amsterdam (1638). Rudolf Oostenbroek Nauta (Franeker 1763-Heerenveen 1811) kende zijn klassieken. Hij werd na zijn studietijd advocaat in Franeker en later secretaris van de grietenij Aengwirden. Hij staat ook bekend als kunstliefhebber.





Het kolven is een oud Hollands spel dat in de buitenlucht werd gespeeld. Het wordt op sommige afbeeldingen wel eens verward met het kaatsspel. Want bij beide spelen wordt een bal gebruikt met een diameter van zo’n 5 tot 8 centimeter. Bij het kolfspel was het de bedoeling om de bal in zo weinig mogelijk slagen naar een bepaald punt te spelen op een baan van ca. 20 bij 5 meter. Het leek wel wat op midget golf. In de loop van de 18de eeuw had – ook in Friesland - het kolven het kaatsen in populariteit overtroffen maar het verdween rond 1900. Het wordt tegenwoordig – vooral in Noord-Holland – als kleine volksport in leven gehouden.

Over de oorsprong van het biljarten bestaan verschillende theorieën. Maar zeker is dat het – in een andere vorm dan tegenwoordig – al in de 16de eeuw werd gespeeld. In de periode dat Oostenbroek Nauta zijn tekening maakte, werd het spel binnenshuis gespeeld op een tafel met opstaande randen. Maar in afwijking met het hedendaagse spel stonden er poortjes op het oppervlak waar de bal door heen moest worden gespeeld. De speelbal werd niet ‘gestoten’ maar vooruit geschoven. Het uiteinde van de keu had daarom ook een andere vorm – meer lepelachtig – dan de pomerans van tegenwoordig.
Adriaen van de Venne vereeuwigde in deze uit 1625/1626 stammende gouache het biljartspel, zoals dat aan het hof van Prins Frederik Hendrik Prins van Oranje destijds werd gespeeld. Op deze, overigens oudste (en dus eerste) afbeelding van een biljarttafel, zijn van links naar rechts te zien: de Winterkoningin, daarnaast Amalia van Solms en Prins Frederik Hendrik.


Reacties

Populaire posts